Hoe belangrijk het wel is om als merk een eigen positie helemaal te bezetten wordt weer eens geïllustreerd door Honda.
Uit een artikel in de New York Times van 30 april blijkt dat Honda klaarstaat om de safety-claim van Volvo over te nemen. Ze halen nu reeds top-resultaten in crash tests – en investeren enorme bedragen in research en marketing om verder door te stoten op de veiligheid-as.
Volvo doet nog een beetje koeltjes :
Volvo, which has been stressing safety since it began building cars in 1927, is not overly concerned about competition from Honda.
"We have no plans to give up safety to Honda or anyone — we have an 80-year jump on them,” said Dan Johnston, a spokesman for Volvo Cars, who said Volvo was “flattered” by Honda’s efforts.
Dat zal best, maar ik mag aannemen dat ze de vorderingen van Honda met argusogen volgen.
Met het thema veiligheid opent Honda een tweede front. Het eerste domein waar ze altijd sterk op gewerkt hebben is het verbruik – en de daarbijhorende zuinigheid en milieuvriendelijkheid.
Ondanks het feit dat Honda op een aantal aspecten daarvan voorop loopt op Toyota (ze waren eerst op de markt met een hybride motor, bvb) is het toch vooral het laatste merk dat de claim bezit en met de eer gaat lopen.
Je kan je dus een paar vragen stellen : is het wel verstandig dat Honda een tweede front opent ? Op het ene front hebben ze de overwinning nog niet op zak. Is spreiding dan wel verstandig ? Zeker al je weet dat je tweede front helemaal in handen is van een concurrent (Volvo) ?
Maar anderzijds : wat gebeurt er als Volvo, zoals in het vorige artikeltje wordt gesuggereerd, zijn domein wat minder gaat bewaken ? En als Honda er in slaagt om een flinke hap van die positie in te palmen ? In dàt geval staan ze ijzersterk op twee van de allerbelangrijkste benen in de autowereld : én veiligheid én verbruik.
Een ideale basis om dan via design en reclame naar een prettiger imago toe te werken – en om met nieuwe modellen naar een hoger marktsegment te mikken.